In de media

Counseling amsterdam in de media

Jan magazine / Kun je niet tegen kritiek ofzo?

‘NOU, DAT HAD IK DUS NOOIT ZO GEDAAN…’

Omgaan met kritiek van familie en vriendinnen (en hoe lastig dat soms is)

 

Tekst: Liesbeth Smit

Beeld: XXXX

Dat mensen zo het hunne van je vinden, kan de beste gebeuren. Maar in vriendschappen of familie-en liefdesrelaties veroorzaakt kritiek vaak een nét wat emotionelere reactie. Waarom is dat en vooral: hoe ga je ermee om?

“Het leven is één groot spiegelfeest, waarin we soms zelfs kritiek krijgen van onze huisdieren”

De ene opmerking is de andere niet, maar wie met mensen omgaat krijgt met allerhande vormen van kritiek te maken. Soms gaat dat gewoon om een onschuldige flap- ‘m-eruit-opmerking die niet per se als kritiek is bedoeld (“Zo, lééf je nog? Ik heb je al zo lang niet gesproken!’). Andere keren kan de lading van met name ongevraagde ‘feedback’ al iets ongemakkelijker aanvoelen (“Weet je zeker dat jouw kleine Finn niet autistisch is? Ik zou ‘m écht even laten testen als ik jou was, zijn gedrag is toch niet goed, meis?’). En soms gaat het om écht diepgewortelde of problematische gevoelens die lange tijd werden opgebouwd en er ineens in wilde furie uit kunnen komen (“JIJ PRAAT ALTIJD ALLEEN MAAR OVER JEZELF!”). Hoe dan ook: kritiek hoort bij het leven. Maar uit de mond van onze naasten kan het ons soms toch onverwacht écht hard raken. Oók als het goedbedoelde feedback is. Waarom is dat eigenlijk?

KRITIEK EN KWETSBAARHEID

Het antwoord is best simpel. Want bij het krijgen of geven van kritiek draait het altijd om kwetsbaarheid. En die kwetsbaarheid speelt als je iemand liefhebt of op een andere manier emotioneel afhankelijk van hem of haar bent, zegt psycholoog Jeannette Bolck van Counseling Amsterdam. “Kijk, kritiek tussen mensen die van elkaar houden of bevriend zijn vaak gaat over grote, door de tijd heen opgebouwde belangen, waarbij er in emotioneel opzicht veel op het spel staat dat verloren kan worden. We willen dus dat de ander blijft, en ons lief, leuk en mooi vindt.” En precies daarom kan kritiek uit je persoonlijke omgeving vaak nog veel heftiger en pijnlijker zijn dan als het je in een zakelijke omgeving overkomt. Want een baan verliezen door een kritische baas is ook ingrijpend, maar als je ouders of zussen je gedrag veroordelen gaat het ineens ook over diepgewortelde patronen als hechting of veiligheid. Waar dus ook diepgewortelde angsten en afweerreacties bij kunnen horen. En die mechanismen spelen ook een rol in vriendschappen, of in liefdesrelaties. Bolck: “Om jezelf daartegen te beschermen kun je wel een firewallrond jezelf bouwen, maar dan raakt uiteindelijk niets je meer en bouw je dus ook niets op.” Anders gezegd: wie dus een beetje reuring, gezelligheid en vooral binding om zich heen wil hebben in het leven, en wie wil dat niet, zal dus ook moeten leren omgaan met kritiek. Maar waarom is dat soms tóch zo moeilijk te verteren? En kan het zelfs complete vriendschappen of relaties onder druk zetten?

GOEDBEDOELD OF GIFTIG?

Omdat er nu eenmaal een groot verschil bestaat tussen kritiek en feedback. Althans, volgens de schrijvers van het boek Feedback is een cadeautje. Zelfs als het ongevraagd, onduidelijk, onterecht is en je er even geen zin in hebt (2014). En dat hoeft helemaal geen probleem te zijn, volgens hen is het hele leven zelfs één groot spiegelfeest, waarin we constant advies en kritiek krijgen van familie, collega’s, vrienden en zelfs huisdieren. Toch is er één ‘maar’; als kritiek verkeerd wordt gegeven of ervaren, is het een regelrechte aanslag op onze identiteit. En als de zelfverkozen mensen in onze omgeving het doen, kan dat echt emotionele gevolgen hebben. Met bijbehorende gevoelens van afwijzing en falen, of de vervelende sensatie dat je wordt aangevallen door de ander. Terwijl ‘goede kritiek’ zeker bestaat, al noemen we het dan dus liever ‘feedback’. En het verschil zit ‘m in de intentie van degene die het geeft. Wanneer het gebeurt om de ander verder te helpen (“Ik zie dat je de laatste tijd afstandelijk bent tegen mama, helpt het als we het daar eens over hebben?”) hebben we het over feedback. Maar wie je eigenlijk gewoon een schop wil verkopen (“is het nou alwéér niks geworden met die nieuwe date, jij hebt ook áltijd wat hè?”), geeft dus kritiek. En dat kan giftig zijn, maar let op: ook hier is er een ‘maar’. Bolck: “Kritiek gaat vrijwel altijd over de persoon die het geeft. Het klinkt misschien vreemd, maar wie het nodig heeft om een ander te verlagen voelt zich vaak niet lekker over zichzelf. En ontwikkelt uit zelfbescherming een scherp oog voor wat anderen doen en laten. En dat moet je maar net weten als je het ineens over je heen krijgt.

‘PLEASERS’EN ‘CONTROLLERS’

Herkenbaar, moet ik zeggen. Zo ken ik een niet nader te benoemen persoon in mijn directe omgeving, die er graag luidkeels, ongevraagd en gespeend van enig gevoel voor momentum op los ‘adviseert’, het liefst in groepen. Met zinnen als: “Nou, dat zou ik nou nóóit doen”, of, de horror, “Dat weet toch iederéén?” Hoe hemeltergend ook, er is hier inderdaad ook sprake van een ‘maar.’ “Want er bestaan grofweg twee soorten mensen. Je hebt de ‘pleasers’, en je hebt de ‘controllers”, zegt psycholoog Shirley Vandersteen. “De pleasers hebben de neiging om alles goed en harmonieus te willen doen uit angst om geen waardering te krijgen van anderen. De controllers hebben precies dezelfde drijfveer, maar uiten dat juist door zich aanvallend en kritisch op te stellen.” En guess what: dat laatste doen ze het liefst richting de pleasers. En het liefst ook nog eens met gestrekt been. Terwijl dit in de ideale wereld zo anders kan gaan, zegt Bolck. Want zolang de sfeer maar menselijk en vooral veilig blijft, is er ruimte om te kijken naar waar de kritiek nu echt over gaat. “We doen allemaal weleens iets niet goed, dat hoort bij het leven. En er gaan intussen ook altijd dingen wél goed. Zolang je dat ook benadrukt en een ander in zijn of haar waarde laat, hoeft kritiek geen probleem te zijn.”

KILL THEM WITH KINDNESS

Sterker nog: behalve dat kritiek geen probleem hoeft te zijn, hoeft het ook niet altijd meteen kritiek te zijn.Want of, en hoe, we een negatieve boodschap horen speelt zich soms ook gewoon in ons eigen hoofd af. En dat heeft weer alles te maken met hoe lekker we in ons eigenvel zitten. Zo hoorde ik ooit de opmerking ‘wat lijk je slank in die broek’. Waarna ik me nog dagenlang afvroeg wat er nu eigenlijk precies werd gezegd. Was het een compliment of een steek onder water? Was die ander nu echt slank of léék het alleen maar zo? Bolck, lachend: “Vooral vrouwen zijn heel goed in communiceren in meerdere lagen: de laag die wordt gezegd en de laag die wordt bedoeld. Maar het helpt echt als je weg blijft bij een mogelijke ‘ondertiteling’ of een ‘vertaling’, en je richt op wat er feitelijk wordt gezegd.” Leuk is ook de ‘kill them with kindness-reactie’ –overigens alleen te gebruiken bij daadwerkelijke valsigheid. Niets neutraliseert kritiek namelijk zo krachtig als een strálend: “Ja hè? Leuk dat je dat zegt!” Maar het belangrijkste is dat je kritiek altijd direct benoemt als je het wilt oplossen, zeker als je om die ander geeft. Ook achteraf, bijvoorbeeld met: ‘het raakte me wat je gisteren zei, heb je dat wel doorgehad?’ Want daarmee maak je kritiek krijgen niet alleen een kwestie van het aanhoren, maar ook eentje van daar rustig en constructief op reageren.

GRENZEN

Die rust is altijd belangrijk bij kritiek, zolang je wel je eigen grenzen bewaakt. Want zolang het in wederzijdse liefde of vriendschappelijke waardering gebeurt hoort kritiek erbij, en kan het iedereen verder helpen. Maar bij té regelmatige conflicten kan er ook iets anders spelen. Een scheve machtsverhouding, bijvoorbeeld. Of jaloezie. Of ergernis. Jammer, maar uiteindelijk is ook dat niets minder dan een blessing in disguise, die helder maakt dat de tijden voor jullie zijn veranderd. En jullie wegen zich zullen gaan scheiden. Want uiteindelijk is kritiek net zoiets als regen voor een plant: het moet voldoende zijn om je te laten groeien, maar het mag nooit je wortels verwoesten.

{Kader} LEREN INCASSEREN

  • Pick your battles dusmaak je niet druk over ‘kritiek’ die er niet toe doet. Pas als je merkt dat je regelmatig een naar of minderwaardig gevoel van iets of iemand krijgt, is het tijd om op te gaan letten.
  • Blijf rustigen denk aan je lichaamstaal: een gebogen houding of juist armen die nors over elkaar worden heengeslagen helpen allebei niet.
  • Mijd social media en voer dit soort gesprekken niet via WhatsApp of sms. En ook niet in een groepje met anderen erbij, trouwens. Een-op-een is altijd beter, anders is een telefoongesprek een alternatief.
  • Laat merken dat je hebt gehoord wat er is gezegd, en herhaal die boodschap in je eigen woorden. Bijvoorbeeld met: “als ik het goed begrijp vind je dat ik teveel over mezelf praat, klopt dat?”
  • Vraag om concrete voorbeeldenen hoed je voor woorden als ‘altijd’, nooit’ en zinnen die met ‘jij’ beginnen: het is aanvallende taal.
  • Maak onderscheid tussen wat je vindt kloppen, en wat niet.Benoem dat ook, bijvoorbeeld met: “Je hebt gelijk, ik zeg onze afspraken ook vaak af de laatste tijd” of juist met “Ik herken me niet in wat je dwarszit, wanneer gebeurde dat precies?”
  • Neem je tijden vraag bedenktijd. “Ik kom hier later op terug” mag gewoon, en het voorkomt emotionele explosies.
  • Is de kritiek toch lastig te verteren?Zoek uit wát er precies tussen jullie schuurt. En verbind daar eventueel conclusies aan. Afscheid nemen is ook een nieuw begin. En soms is dat precies wat je nodig hebt.
Reacties op deze pagina zijn gesloten.