De Boze Kat

Vanaf haar eerste ferme handdruk, kwam Debby over als een sterke vrouw die ook nog heel open, sociaal en gezellig kan zijn. Met haar donkerblonde haar altijd getemd in een klem en haar perfect passende kleding – die ook ‘s middags nog pas gestreken lijkt – was het voor mij geen verrassing dat ze een goede baan heeft. Debby is advocate en er erg succesvol in ook. Alles lijkt haar voor de wind te gaan. In werkelijkheid voelde Debby zich vaak overdonderd in het aangaan van conflicten en in het krijgen van feedback of kritiek. Zo kwam ze een keer bij me, opgewonden als altijd, maar al snel met tranen in haar ogen:

“…en toen vroeg hij of ik even tijd had. Nou, nee dus! Maar goed, dat zeg je niet tegen je baas, dus ging ik met hem in gesprek terwijl ik vijf minuten later een deadline had. Vervolgens begon hij uitgerekend op dat moment te zeuren over mensen die het lastig vinden mij te benaderen en dat ik iemand beledigd zou hebben enzovoorts. Ik werk 24 uur per dag voor die man en dan krijg ik dit! Ja, toen klapte ik dus dicht en ben ik weggelopen…”

Na dit relaas zakt ze terug in de bank en als ik vraag hoe ze zich voelde toen hij met haar wilde praten, valt ze eerst stil. “Bang,” zegt ze uiteindelijk met een klein stemmetje. “Hèhè,” dacht ik, “nu kunnen we beginnen.”

Het probleem was dat Debby zich liet zien op een manier die niet overeen kwam met hoe ze zich echt van binnen voelde. Maar mensen reageerden daar wel op. Ze reageerden op die boze kat en niet op de Debby die – van binnen – vroeg om troost en zorg.

Tijdens mijn gesprekken met Debby was het zelfs voor mij, haar therapeut, in het begin lastig te ontdekken wat er aan de hand was. Een sterke, sociale vrouw, een succesvolle advocate, wat klopt er niet aan dit perfecte plaatje? Toch merkte ik dat Debby, juist door dat perfecte plaatje vol te houden, ook bij mij een zekere afstand bewaarde. Zelfs ik begon me af te vragen: “Wat wil je dan?” en “Wat zeg je nou eigenlijk?”. Doordat Debby wilde praten over haar gevoel, maar tegelijkertijd niet echt zei wat ze voelde, maakte ik hetzelfde mee als haar omgeving: verwarring. Als therapeut ben ik natuurlijk gaan doorvragen en op die manier kwam uiteindelijk haar kwetsbare kant naar boven. Op het moment dat Debby stil stond bij de situatie en liet zien dat ze het eng vond (met een dichtgeknepen keel), gaf ze mij namelijk de kans om haar te helpen. Op zo’n moment kon ik het meisje in haar zien, in plaats van die harde advocate. Haar vraag om hulp aan mij was dan ook: “Maar hoe doe ik dat dan? Als ik ‘nee’ zeg worden ze boos. Ik ben zo bang dat ze mij niet goed genoeg vinden. Ik voel me ook zo waardeloos en alleen. Ik voel me alleen…”

 

Neem van mij aan dat het vanzelf minder eng wordt om een conflict aan te gaan zodra je dat op een minder boze manier doet!

Hoe het nu met Debby gaat? Naar mate zij eerder haar grenzen durfde aan te geven in haar relaties begon ze zich steviger te voelen. Lekkerder in haar vel. Ook merkt ze dat haar harde kant, de geharde advocate, een stuk minder hard is geworden. Ze is wat minder druk geworden, heeft minder het gevoel te moeten vluchten en dat zie je in haar gedrag. Maar bovenal: Debby heeft geleerd anderen meer toe te laten en voelt zich nu minder alleen!